Sensus Meus

 

 

 

Tijd voor jezelf… hoe doe je dat toch?

Je had voor zaterdag heerlijk drie uurtjes gepland om echt even alleen te zijn én dan te bepalen wat je zou gaan doen, maar er belt een ouder van de sportclub van één van je kinderen op of je mee kunt rijden naar de sportwedstrijd.

Op het moment dat de vraag gesteld wordt valt er een stilte. Je hebt moeite met stiltes en reageert dus gelijk. Je probeert nog even een poging te wagen… door te starten met: “Nou eigenlijk komt het mij niet zo goed uit”… maar door deze sub-assertieve wijze van je grens (proberen) te stellen ervaart de ander (bewust of onbewust) voldoende ruimte om met een kleine aanmoediging jou over de streep te krijgen. En ja hoor! Jij hebt je eigen geplande tijd – waar je erg naar uitkeek – toch weer ingeleverd voor die ander.

Je wilt tijd voor jezelf maar vindt dit (te) lastig omdat je de overtuiging hebt dat je dan bot (agressief) overkomt of wilt de ander niet teleurstellen. Dus ga je overstag.

Een overtuiging is een gedachte die jij je in je leven zo hebt eigen gemaakt dat het voor jou de waarheid is. Overtuigingen krijg je mee tijdens je opvoeding, maar ook door ervaringen in je leven worden ze gevormd. Om je grens aan te geven en er een win-win situatie van te maken is het belangrijk om op een assertieve wijze je grens aan te geven. De 4 manieren van je grens aangeven in het kort:

  • Sub- assertief: Ik verlies – Jij wint.
    • Voorbeeld: “Nou… eigenlijk komt het mij niet zo goed uit, maar goed als je het echt zo graag wilt.”
    • Uitkomst: Jij bent overdonderd en ervaart stress. De ander krijgt wat hij nodig heeft.
  • Assertief: Ik win – JIj wint.
    • Voorbeeld: “Ik wil je graag helpen, maar vandaag lukt niet. Een andere keer help ik je graag.”
    • Uitkomst: Je bent netjes, duidelijk, maar trekt wel een grens voor dit moment.
  • Passief agressief: Ik verlies – Jij verliest.
    • Voorbeeld: “Ik ben zo moe, maar als het moet…Nee! Ik heb het gezegd dus doe ik het!”
    • Uitkomst: De ander is geïrriteerd en jij voelt je niet gewaardeerd.
  • Agressief: Ik win – Jij verliest.
    • Voorbeeld: “Grapje zeker! Ik ga naar huis, fijne avond nog!”
    • Uitkomst: Jij wint nu, maar beledigt de ander en verliest in de toekomst eventueel steun.

Assertief reageren doe je door het gebruik van de juiste zinnen/woorden:

NIET toepassen:

  • Gebruik geen onnodige woorden als eigenlijk, misschien, mogelijk; dat geeft ruimte.
  • Gebruik geen zinnen als “Ik zou liever…”.

WEL toepassen:

  • Laat gerust wat stilte vallen. Je mag nadenken alvorens te antwoorden!
  • Een aantal voorbeeldzinnen:

✓ “Vandaag is voor mij geen optie, maar een ander moment plan ik graag met je!”

✓ “Bedankt voor je aanbod, ik waardeer het zeer, maar het is niets voor mij!”

✓ “Ik begrijp wat je zegt, maar ik vind toch dat…”

Praktische tips om voor jezelf tijd vrij te houden:

  • Zet een kruis in je agenda om echt tijd voor jezelf te houden.
  • Een reden opgeven dat je niet kan/wilt, is niet nodig.

Stap voor stap oefenen:

  • Begin je grens aan te geven bij voor jou onbelangrijke zaken, dit is minder spannend.
  • Oefen eens voor de spiegel of met je partner/een vriend(in) om de juiste woorden te gebruiken en vraag na hoe je woorden overkomen.
  • Onthoud: je hebt het recht om voor jezelf op te komen!
  • En weet: assertief reageren kun je dus leren!

Veel plezier en succes met oefenen!